Werkwijze ouder-kind psychomotore therapie

Na probleeminventarisatie ( intake) gaan ouder en kind praktisch in de bewegingsruimte aan de slag. Betekenisvolle werkvormen worden door de PMT gekozen om tal van spelende thema’s aan de orde te laten komen. Met hulp van de PMT kan de ouder in een veilige omgeving oefenen. Succes ervaringen uit de bewegingsruimte kunnen door ouder en kind thuis weer worden toegepast. Behalve het bewegingsgedrag van het kind wordt ook de reactie en interactie van de ouder met het kind besproken. Soms kan een iets andere houding en aanpak door de ouder tot het gewenste resultaat leiden.

Casus: Sam 5 jaar

Sam vliegt thuis maar ook op school van hot naar her. Hij heeft energie te over. Sam luistert vaak maar half en hij loopt de ene blauwe plek na de andere op. Hij ligt vaak op de grond te huilen en hij kan intens verdrietig zijn. Ouders zien dat hij last heeft van zichzelf en willen hem helpen. Ze komen in contact met PMT. Tijdens de intake waarin behalve praten direct ook wordt bewogen zien we Sam zijn interesse voor de bewegende wereld. Hij wil van alles vasthouden en vooral niets missen. Niets is hem te gek. Voor Sam is de bewegingsruimte net een speelgoedwinkel. Vermoeid stapt hij na 45 minuten de therapieruimte uit. Ouders zien in dat we Sam moeten helpen afgrenzen. De volgende keren gaan we samen met ouders drukke en rustige spellen in de beweegruimte afwisselen. Met hulp van de klok wordt de tijd bijgehouden. Ook thuis wordt deze methode door ouders toegepast. Door binnen de PMT vast te houden aan dezelfde structuren worden de succeservaringen voor Sam groter en krijgen ouders meer grip op zijn ontwikkeling.